HT Race (Harlingen – Terschelling), 15 mei 2015
Ruige Rumptse Roeiers: de HT race 2015
Theo, jij wil zeker wel het verslag maken van onze HT race, zei Rian. Maar eigenlijk moet ik dat nu niet vragen, je bent nog veel te nuchter. Wellicht morgen, na de rit naar huis als je hebt zitten slapen en Linda het aan je vraagt. Dan ben je vast een stuk soepeler. Dat is Linda wel toevertrouwd: “Voor de woensdagroeiers”. Nog een e-mailtje van Rian er overheen. Tja, geen ontkomen aan. Dus vooruit, een persoonlijk verslag dat bol staat van subjectiviteit en slechts een vertekend beeld vanaf stuurboord 6. De mooiste plek aan boord trouwens.
Ik had het voorrecht om in de Volkswagen van Steef te mogen meerijden en mee te helpen bij het kranen als we eenmaal in Harlingen zijn. Maar voordat we vertrokken waren. Het was een verhuiswagen. Nee, een beter beeld is dat van een wijnexportbedrijf.
Eenmaal op weg waren we Wim B bijna vergeten. We hebben nog naar Wim gezwaaid toen we langs reden. Omrijden dus. Even langs Van der Valk en omkeren. Gelukkig hadden we brood bij ons, wat een eind. Dit was het begin van een gedenkwaardig raceweekeinde.
Het was toch al een gekke aanloop. Monique had allerlei dromen gehad in de week voorafgaande aan de HT-race. Meestal vergeet je je dromen, tenminste in mijn geval. Monique niet, integendeel zelfs, zij heeft haar dromen via de Whatsapp gedeeld met de roeiers. Ik heb begrepen dat vooral de mannelijke roeiers door haar dromen zeer geïnspireerd waren. Maar om haar dromen werkelijkheid te laten worden was het toch te koud. Verder liep de rit voorspoedig en kon de Leitsagher bij aankomst in Harlingen direct gekraand worden.
’s Avonds aan koolhydraat loading gedaan. De stemming zat er goed in mede dankzij de gefermenteerde suikers. We hadden ook morele versterking aan boord. Ondanks haar blessure is Lies toch meegegaan. Je wil de HT-experience gewoon niet missen. Bovendien een geweldige avond stappen op het eiland was een niet te versmaden vooruitzicht, toch. Ron en Anneke waren er, recidivisten zogezegd. Zij bleven wel aan de wal slapen, maar voeren de volgende dag wel mee op de volgboot Excelsior. Volgende keer gewoon op de boot slapen, een ervaring om nooit te vergeten. Voor Serge was het de eerste keer. Allerlei spookverhalen. Hoewel Serge toch niet bang is uitgevallen had hij toch voor zekerheid gekozen: hij had het thuisfront meegenomen. Een prima idee trouwens, een verrijking. En dan “last but not least” Danique -ja, de dochter van- altijd een andere visie op het roeien, nooit een saai moment.
Vroeg naar bed. Dat leek wel zo verstandig gezien het feit dat er hevige discussie was geweest over de kwaliteit van de slaap. Boze tongen beweerden dat er zelfs een motorzaag aan boord was. Maar dat viel reuze mee. Tenminste ik heb er niets van gemerkt. Ja een heel klein motortje in onze hut, zo iets als van een Marklin trein. Heel goed te doen. Trouwens, uit betrouwbare bron weet ik dat ik zelf ook wel een boom omzaag in het begin van de nacht. Dus wel zo vertrouwd.
Volgende dag vroeg op. Volop zenuwen. Serge wist nog niet wat hem te wachten stond. De “Koningin der tochten” stond op het punt te beginnen. De welgemeende adviezen van de mederoeiers maakten de tocht nog zwaarder en heroischer. De start ging voortreffelijk. We hadden een nieuwe skipper. Als een schout bij nacht schreeuwde hij ons naar grote hoogten of beter gezegd naar extra inspanningen. De stuur schreeuwde de longen uit zijn lijf: “Gelijk” “Gelijk”, dat is het allerbelangrijkste heb ik begrepen. Maar waarom moet ik altijd gelijk met Rian roeien en zijn nooit met mij. Dit is omgekeerde discriminatie. Onze stuurman doet ook aan psychologische oorlogsvoering op het water. Als we ingehaald dreigden te worden schreeuwde hij naar de vijand: “Dat je ons nu pas inhaalt, ben je soms moe?” Je zag ze ineen schrompelen, om later ons alsnog te passeren. Het weer was verraderlijk. In het begin koud, daarna warm en toen toch weer wat laagjes er bij aan trekken. Serge hield zich kranig staande. We haalden een aantal sloepen in en werden daardoor gemotiveerd. In het Schuitengat was een aantal sloepen gestrand doordat ze niet de noordelijke kant van de geul gekozen hadden. Onze sloep schuurde over de zeebodem, maar met een uiterste krachtinspanning konden we de Leitsagher net over de zandbank heen varen. Het leek wel oorlog met al die gestrande sloepen. Schreeuwen, commando’s, tegencommando’s, roeiers uit de boot om de schuiten door het Schuitengat te duwen. Wij waren dubbelgemotiveerd om iedereen en alles in te halen. We konden de wereld aan. We hadden al 30 kilometer heftig geroeid en we konden nog wel 30 kilometer aan. Met ware doodsverachting en onder hoera geroep de vijand attaqueren. Op de meet werd nog een vijandelijke sloep ingehaald. Uitgewoond, maar voldaan hadden we deze race weer voltooid en onze tijd was voor treffelijk: 3 uur en 45 minuten. Nog nooit zo snel geweest. Onze trainingsarbeid had zich uitbetaald, dachten we toen. Met recht: de “Ruige Rumptse Roeiers”
Na het roeien volgt het traditionele protocol. Eerst uitblazen, sommigen douchen ,en daarna op het dek van onze Excelsior borrelen met veel chips. Zo veel chips dat er zelfs van de voortreffelijke aspergemaaltijd nog een kliekje overbleef. Een prachtige traditie die aspergemaaltijd. Alleen daarvoor alleen wil je wel 33 kilometer roeien. Daarna, ook al een traditie, naar de Walvis om bij een kop koffie de zon onder te zien gaan.
Tja en dan, een nieuwe traditie. Vorig jaar hadden enkele schavuiten met de voetjes van de vloer nog wat nagetraind. Er was een soort epische verdichting rond dit nachtelijke avontuur ontstaan. Zelfs zodanig dat onze kapitein Chris aan mij vroeg of ik dit jaar weer op de tafels heb staan dansen. Hoe komt hij erbij? Hij was er niet eens bij. Enfin, ook dit jaar konden de braven onder ons de verleiding niet weerstaan en hebben de afslag genomen om nog wat na te praten over de race. Er was een uitzondering, een ploeggenoot die de verleiding wel kon weerstaan. Hij is naar de boot teruggegaan en heeft met onze kapitein Chris het grote probleem van welke de beste whisky is tot op de bodem uitgezocht. Voor ons in de kroeg was de grote vraag of Danique haar Hans wel weer zou tegenkomen. Niet dus, een teleurstelling. Maar dit werd ruimschoots goed gemaakt toen bij het aanbreken van de nieuwe dag die arme jongen van de sloep die we voor de finish hadden ingehaald de kroeg binnen kwam. Hij wist niet hoe snel hij weer frisse lucht moest gaan halen. De vijand voor de tweede keer verslagen. Naar mate de avond vorderde en de nieuwe dag reeds lang een feit was werd de muziek beter. Meer afgestemd op de “diehards” uit de eerste helft van de vorige eeuw. Onze Wim B. bleek een gratie op de dansvloer te hebben die onze dames slechts moeilijk konden weerstaan. Om jaloers van te worden. Nadat de waard al drie keer het grote licht had aangedaan, ten teken van de sluiting, zijn we dan toch maar richting de haven gelopen. Dat was een tegenvaller, onze Excelsior was bijna verdwenen. Door de eb was de boot anderhalve meter lager komen te liggen. Met de lenigheid van het Chinese staatscircus lieten we ons afzakken tot op het dek van de eerste boot om daarna met halsbrekende toeren nog 6 boten over te steken naar onze Excelsior.
We hadden het voornemen om heel stil naar onze kooien te gaan. Maar nog een afzakkertje. Gut, wat of wie ligt daar? Onze stuur had gedacht een riante slaapplek te vinden, maar dat was een misrekening. De rust werd met voeten getreden, letterlijk dus, en daarna heeft Danique een overzicht gegeven van de voortreffelijke avond op het eiland. Hoefden we dat niet de volgende ochtend te doen. Uw scribent lag toen al op een oor.
Oh ja, ben ik bijna vergeten te vertellen. In de voorlopige uitslag zijn we op plaats 102 geëindigd. Slecht 4 plaatsen lager in vergelijk met vorig jaar. Een mooie prestatie dus, de gemiddelde leeftijd was tenslotte met een jaar gestegen. Op de Whatsapp is een eindeloze analyse gemaakt van de uitslag. De beste was evenwel van onze skipper: ”We hebben voortreffelijk geroeid, en het was een fantastisch weekeinde”. Serge heeft zo van de “Tocht der tochten” genoten dat hij zich nu al heeft opgegeven voor volgend jaar. Het wordt een stormloop voor plaatsje in de boot voor volgend jaar. Ik geef me ook nu al op, stuurboord 6 is al bezet.
Theo Ockhuizen